Zendelinge Jannie Kruize, al 19 jaar werkzaam in Mozambique, heeft een zeer heftige en emotionele periode achter de rug. In augustus sloot de overheid definitief het babyhuis in Marromeu. Het was een niet te winnen strijd, die veel pijn en verdriet heeft veroorzaakt. Eerder dit jaar stond Jannie oog in oog met de dood toen gewapende mannen het babyhuis in Luabo overvielen en daarbij dreigden om Jannie te vermoorden. Nu zit ze veilig in Nederland, maar dat ging niet zonder slag of stoot. Door tegenwerking van de autoriteiten kostte het drie maanden om het visum rond te krijgen.

 

In een prachtige boerderij aan de rand van Emmer-Compascuum vertelt de zendelinge haar verhaal. Soms met een brok in haar keel. Jannie heeft voor drie maanden onderkomen gevonden in het huis van een zuster van de CGK Emmen. Met haar drie adoptiekinderen Stefano (15), Mateus (10) en Nando (6) verblijft ze in het achterste deel van de woning, waar een soort van tweede woonruimte is gecreëerd. Jannie: 'Het belangrijkste voor mij is nu dat ik tot rust kom en dat ik alles wat er gebeurd is los kan laten. Dat gaat zeker niet gemakkelijk. Ik merk aan mezelf dat ik alle emoties maar moeilijk toelaat. In Mozambique heb ik daar ook nooit tijd voor gehad, daar leef je gewoon door. Nu is het vooral zaak dat ik de dingen een plekje leer geven.'

Haar agenda vertoont op dit moment vooral veel lege plekken. Rust, verwerking en nieuwe energie opdoen, daar liggen op dit moment de prioriteiten. Presentaties over haar zo belangrijke zendingswerk staan gepland voor Emmen (22 november), Meppel (10 november) en Hoogeveen (25 november). Het zijn er minder dan oorspronkelijk de bedoeling was. Op vrijdag 5 december vertrekt Jannie weer naar Mozambique. Heel veel vragen over de toekomst zijn op dit moment nog lastig te beantwoorden, maar dat ze teruggaat staat als een paal boven water. 'Het is hier fijn vanwege alle vrienden en familieleden. Ik geniet ook echt van de rust. Een stuk van mij is beschadigd in de afgelopen periode, daar moet ik mee aan de slag. Veel praten en veel bidden. Want ik verwacht een hoop goede dingen van de Heer. Maar ik mis Mozambique nu al.'

 

Het begin

 

In 1988 maakte Jannie voor het eerst kennis met zendingswerk, toen ze een jaar lang in kinderhuis Jemima in Israël werkte. Het  werken met meervoudig gehandicapte kinderen voelde als een roeping voor haar. Het was werk naar haar hart. Thuis in Nederland volgde ze een studie verpleegkunde, waarbij de wens om terug te gaan naar Israël bleef leven. 'In die tijd schreef in ontzettend veel organisaties aan, waarbij ik uiteindelijk via Dorcas in Mozambique terechtkwam. Eerst op een medische post, later in babyhuis Inhaminga (1997-2001). Dorcas wilde mij daarna op een andere plek hebben, maar dat wilde ik niet. In diezelfde periode was er een hulpvraag vanuit Marromeu. Samen met enkele vrienden heb ik daar toen de schouders onder gezet.'

 

Het kostte de nodige slapeloze nachten voordat de plannen concreet werden. Met name een stevige financiële ondergrond was een knelpunt. 'Ik voelde me net als Gideon', glimlacht Jannie. 'Ik wou een teken van de Heer, zodat ik zou weten dat ik op de goede weg zat. En plots gebeurden er ook daadwerkelijk mooie dingen. Ik kwam met Filadelfia Zending in contact en binnen een paar maanden was er voldoende geld. Als je vertrouwt op de Heer, dan zet je de eerste stap. Dan komt de tweede stap vanzelf. En zo is het gegaan.'

 

In 2002 ging babyhuis Ruama in Marromeu van start, iets groter van opzet dan het soortgelijke tehuis in Inhaminga. Jannie: 'Eerst konden we zo’n achttien baby’s opvangen, maar al snel kwam er een huis bij. En toen er later nog een huis bijkwam konden we zo’n vijftig baby’s opvangen. Temeer omdat ik alleen samenwerkte met de plaatselijke bevolking zonder dat daar professionele zorgverleners bijzaten was dat erg veel. Maar zeg eens "nee" tegen een baby. Zeg eens "nee" tegen kinderen zonder ouders, zonder familie. Als je het kind wegstuurt, dan weet je zeker dat het doodgaat.'

In 2011 ontstond er een nieuw initiatief, aan de andere kant van de rivier. Babyhuis Abia in Luabo was geboren. 'Het grootste verschil ten opzichte van Ruama is de ligging', vertelt Jannie. 'Hoewel de babyhuizen slechts gescheiden zijn door een rivier, liggen ze beide in een andere provincie. In Marromeu is de situatie onstabiel, de spanningen lopen er erg hoog op, bijvoorbeeld door de verkiezingsstrijd. Er wordt veel en soms hevig gevochten. In Luabo daarentegen is de situatie rustiger. Spanningen lopen er minder hoog op. De bevolking en de autoriteiten zijn blij dat we er zijn.'

 

Hakmessen

 

Twee vervelende gebeurtenissen hebben een heel andere wending gegeven aan ‘het succes’ van de twee babyhuizen. Ten eerste de overval in Luabo, in februari van dit jaar. Jannie herinnert het zich als de dag van gisteren. 'Het ging allemaal zo snel. Ze stonden met hakmessen en automatische geweren voor m’n neus. Vijf mannen binnen, vijf mannen in de tuin. Ze eisten geld en dreigden me te vermoorden. Het was heel beangstigend, zeer heftig.' Een half jaar later  sloot de lokale overheid definitief het babyhuis in Marromeu. 'Het was niet tegen te houden, het was een niet te winnen strijd', zegt Jannie teleurgesteld. Een zeer onbevredigend gevoel hield ze eraan over. 'Iets wat je stukje bij beetje hebt opgebouwd, breekt je bij de handen af. Had ik het kunnen redden? Heb ik iets verkeerd gedaan? Die vragen heb ik mezelf vaak gesteld.'

 

Door alle pijnlijke en heftige ervaringen zou je eraan kunnen denken om het bijltje erbij neer te gooien. Vlak na de overval was dat gevoel er ook even. 'Ik moet hier weg, dacht ik destijds. Maar als ik toen was weggegaan, weet ik niet zeker of ik wel terug was gekeerd.' Het nu heersende gevoel bij Jannie is veel sterker. Hoewel ze voor zichzelf nog lang niet alle vragen heeft beantwoord, is ze ervan overtuigd dat ze door moet zetten. 'De Heer geeft altijd nieuwe kracht, iedere dag weer. Dat houdt mij vast. Het doet me denken aan het verhaal dat ik ooit hoorde van een zendelingenechtpaar. Het stel was nog maar net getrouwd en ging op huwelijksreis in Afrika, in het gebied waar ze zendingswerk gingen verrichten. Tijdens hun huwelijksreis werd de vrouw echter aangevallen door een buffel en ze stierf in de armen van haar man. De man bleef achter met ontzettend veel verdriet waar hij niet mee verder kon. Maar plotseling overviel hem een gevoel waardoor hij niets anders kon dan God te loven en te danken. Nieuwe kracht overwon in hem.'

 

Jannie: 'Dwars door alle verdriet, woede en frustratie is de Heer vlakbij. Door alle ervaringen ben ik gevoeliger geworden, maar zeker ook strijdbaarder. Ik besef daarbij één ding: ik hoef het niet alleen te doen. Door alles wat me is overkomen is de band met God veel sterker geworden. En ja, soms kunnen ervaringen heel erg zeer doen, maar op een andere manier zijn ze ook goed geweest. In Luabo hebben we een prachtig babyhuis opgezet, evenals een geweldige gebedswerkgroep. Dit bindt enorm en is veel sterker dan angst. Dat voel ik als een boodschap van de Heer en dat vertrouwen houdt me overeind.'

 

 

Henri Scholing, Noordscheschut

 


Commentaar

  • Nieuw leven 2024-04-19 17:47:34

    In januari begint het al: het wordt weer langer licht en de sneeuwklokjes gaan bloeien, en even...

  • Post 2024-04-06 07:36:05

    De laatste tijd valt het mee, maar het komt regelmatig voor dat de post wat vertraging heeft....

  • Lijdenstijd 2024-03-23 18:53:26

    Met de lijdenstijd lijkt onze samenleving niet uit de voeten te kunnen. Hoe anders is dat met...

  • Leipzig en Navalny 2024-03-07 19:01:01

    Vorige week waren mijn vrouw en ik een paar dagen in het voormalige Oost-Duitsland op bezoek bij...