Mozes doet het niet goed (Exo. 18). Althans volgens zijn schoonvader. Schoonvaders zijn niet zelden goede raadgevers. Jethro heeft van Mozes gehoord wat God allemaal gedaan had voor het volk en was laaiend enthousiast over het werk van de HEER. Samen vieren ze de grote daden van God. Maar als Mozes de volgende morgen aan het werk gaat staat zijn schoonvader perplex. Mozes neemt de hele klus van de leiding van Israël op zijn eigen schouders! Iedere vraag, elk probleem komt bij Mozes en Mozes vertelt de mensen hoe de HEER daarover denkt en wat ze doen moeten. Zie je het verschil tussen het eerste deel en het tweede deel? In het eerste deel wordt de HEER geprezen om zijn werk, in het tweede deel wordt Mozes terecht gewezen omdat hij denkt, dat hij het allemaal moet doen.

Nu lijkt het er op alsof Jethro de zaak voor Mozes gaat organiseren. Afdelingen maken en afdelingshoofden aanstellen. Maar dat is niet de kern van het verhaal. Jethro regelt ook de taak van Mozes: Hij moet voor het volk tot God bidden. Dat is zijn eigenlijke job. Verder moet hij de gewone dingen aan andere mensen overlaten. De enige eis, waar die anderen aan moeten voldoen is dat zij niet op winst uit mogen zijn. Enkel de echt grote zaken zouden dan nog bij Mozes moeten uitkomen.

In onze dagen zouden we dit loslaten noemen. Anderen vertrouwen en niet alles zelf in de hand willen hebben. Het schept een mooie samenleving van wederzijds vertrouwen. Maar dat ene blijft staan. Mozes moet als een soort messias het volk bij God vertegenwoordigen, gesprekspartner zijn van God namens het volk. Dat lijkt mij een onmenselijke taak. Gelukkig hebben we in Christus Jezus iemand, die die taak niet meer nodig maakt.

 

P. van Dolderen, Almere