Vanuit de caravan zag ik hoe onze nieuwe buren op de camping zich aan het inrichten waren. Ze zouden zich straks wel even aan ons voorstellen, dacht ik. Vanaf de bank keken we naar hun verrichtingen. Je kon wel zien dat het niet hun dagelijks werk was een voortent op te zetten. Maar alle begin is moeilijk.

De andere dag maakten we even een praatje met de buren. Ja, de omgeving is mooi. Zeker ook om te fietsen. Ze kenden het, want haar wieg stond hier. Nee, ik werkte niet meer. Vervelen? Nee hoor, ik schrijf,  voor verschillende bladen. Toevallig heb ik iets in de caravan liggen. Wacht, ik pak het even. Alstublieft, De Elisabethbode.
Mijn buurvrouw nam het blad aan en bladerde er even in. Haar man reageerde niet. Mijn gedachten gingen. Of hij had nooit van het blad gehoord, of hij wilde niets met het geloof te maken hebben. Wie weet, dacht ik, misschien teleurgesteld in de kerk of in kerkmensen, of in de dominee. 

Het contact met onze buren bleef oppervlakkig. Wij spraken elkaar aan als buurman en buurvrouw. Hem kwam ik ’s morgens tegen in het toiletgebouw. Terwijl hij zijn tanden poetste, zag ik enkele moedervlekken in zijn hals. Ik vertelde hem, wat wij de vorige dag gedaan hadden en hoeveel vissen ik had gevangen. Ik vroeg hem waar hij woonde. Het bleek in het midden van Nederland te zijn. Ik vroeg hem niet naar zijn werk, maar volgens mij werkte hij niet met zijn handen. Waarschijnlijk een ambtenaar. Hij was vriendelijk en correct. Nee, over de Elisabethbode sprak ik niet. Als je zaait moet je niet gelijk in de grond zitten te woelen om te zien of er iets ontkiemt.
Die zondag. Wij besloten om weer naar dezelfde kerk te gaan, als de vorige week. Bij binnenkomst vroeg ik aan de contactdame, of dezelfde predikant  als op de vorige zondag. Nee, het bleek een gastpredikant te zijn.
Na vijf minuten kwam de kerkenraad binnen. Als laatste de predikant. Ik kon mijn ogen niet geloven. Mijn buurman!!!! Boven de kraag van zijn witte overhemd zag ik een moedervlek. Zijn zwarte pak keek me donker aan. Zo anders dan zijn korte broek.
Na de dienst schudde ik mijn ‘buurman‘ de hand en zei: ‘Voor mij was dit echt een verrassing.’   

Douwe Janssen