De particuliere synode van het Noorden kwam bijeen op donderdagavond 7 april 2022 te Leeuwarden. Het ging om een vergadering met een niet al te lange agenda.

Op de tafel van de vergadering ligt een rapport van een commissie die ingesteld is om een appel van de classis Groningen tegen een besluit van de classis Leeuwarden te beoordelen. Het besluit van de classis Leeuwarden waartegen de classis Groningen in appel ging, houdt het volgende in: “De classis aanvaardt in volle rechten de niet-christelijk-gereformeerde afgevaardigden uit de samenwerkingsgemeenten, die het verbindingsformulier van de Christelijke Gereformeerde Kerken hebben ondertekend. Ze zijn echter uitgesloten van het passieve kiesrecht.”


Voor het onderzoeksrapport van de commissie is veel waardering en haar voorstel om aan de classis Groningen het appel toe te wijzen, wordt dan ook unaniem overgenomen.
De P.S. is het met de commissie eens dat de classis Leeuwarden ten onrechte zelfstandig tot een eigen regeling heeft besloten. Het indienen van een instructie bij de G.S. was in dit verband de juiste route geweest.

Een ander agendapunt betreft de aankondiging van een appel van de kerk van Zwolle tegen een besluit dat de classis Zwolle genomen heeft inzake het besluit van de kerk van Zwolle om alle ambten te openen voor vrouwen. Er wordt een commissie benoemd die de opdracht meekrijgt om het aangekondigde appel te beoordelen en daarvan verslag te doen op de voorgezette vergadering van de P.S. van het Noorden die gepland staat op donderdag 16 juni a.s. Mede aan de hand van dat verslag zal de P.S. oordelen over het appel van Zwolle.

In het rapport van de commissie ‘Geschiloplossing P.S. van het Noorden’ wordt gewezen op een besluit van de generale synode om de particuliere synodes te adviseren hun geschilcommissies op te heffen. Dit in verband met het bestaan van de ‘Interkerkelijke Commissie Geschiloplossing’. De vergadering besluit om dit advies niet over te nemen en de ‘Geschilcommissie P.S. van het Noorden’ te laten voortbestaan. Geoordeeld wordt dat de voordelen opwegen tegen de nadelen.


Er wordt een aantal benoemingen gedaan. Ds. C.A. den Hertog heeft te kennen geven dat hij niet meer beschikbaar is als primuscurator voor het curatorium van de TUA. Er wordt in de vergadering met waardering gesproken over zijn jarenlange inzet. In zijn plaats wordt ds. R. Bikker gekozen en benoemd. In plaats van ds. A. Hakvoort en ds. N. Vennik worden ds. J. Nutma en ds. H. Korving gekozen en benoemd als deputaat art. 49 K.O.

Ten slotte: er is een verzoek van het ‘Steunpunt Kerkenwerk’ om kandidaten aan te dragen voor de functie van mentor voor beginnende predikanten. Ds. H. Carlier blijkt daarvoor belangstelling te hebben en zijn naam zal dan ook worden doorgegeven aan het Steunpunt.

H.K. Sok, scriba