Als je strijdt tegen prostitutie zijn er altijd mensen die je bemoedigen met de mededeling dat het onbegonnen werk is. ‘Prostitutie blijft altijd bestaan’ is hun stellige mening. Natuurlijk hebben ze gelijk, maar ze hebben ook heel erg ongelijk. Ze hebben gelijk, prostitutie is onuitroeibaar. Het zal altijd blijven. Je kunt het vergelijken met criminaliteit in het algemeen. Je hoeft geen aartspessimist te zijn om te concluderen dat criminaliteit niet uit te roeien is. Maar dat betekent nog niet dat het niet bestreden moet worden. Het moet bestreden worden, op leven en dood. Doen we dat niet, dan krijgt het kwaad de overhand.

Dat is ook de boodschap die we de laatste tijd regelmatig horen van criminologen en hoge politie functionarissen. ‘Criminelen krijgen steeds meer vat op de samenleving.’ Vooral in het zuiden van het land wordt dat steeds meer merkbaar. Maar het geldt niet minder voor de grote steden. ‘Alles draait om cocaïne als verdien model.’ ‘De drempel om er in te stappen wordt steeds lager.’ Zelfs het platte land is in het vizier van de onderwereld. ‘Zeker 15 procent van de boeren is door criminelen benaderd om lege stallen en schuren tegen hoge vergoedingen te verhuren.’

Overheersing door criminelen, we kennen het uit verschillende Zuid-Amerikaanse landen. Geen wenkend perspectief. Heeft het kwaad eenmaal de overhand, dan is het niet eenvoudig terug te dringen. Het criminele wereldje doet niet aan polderen. Dreiging en geweld zijn hun instrumenten. Loop je hinderlijk in de weg, dan is er wel iemand te vinden die je uit de weg wil ruimen. Dat zagen we de afgelopen week toen de Deense ex-bendeleider, Nedim Yesar, werd geliquideerd. Hij had gebroken met zijn oude leven en was nu een positief rolmodel voor kwetsbare jongeren. Na de presentatie van zijn memoires werd hij op weg naar huis doodgeschoten.

De stap naar ons persoonlijk geloofsleven is trouwens niet moeilijk te maken. Iedere gelovige heeft te maken met een bovenwereld en een onderwereld. Ook voor de zonde geldt dat ze onuitroeibaar is. Nooit bereiken we het punt dat we geen zonde meer zullen doen. Het enige dat rest is er tegen te strijden, op leven en dood. Doen we dat niet, dan krijgt de zonde de overhand. Leven is strijden.

Krijn de Jong, Urk