Op woensdag 17 maart a.s. worden wij geroepen onze verantwoordelijkheid in het politieke leven te verstaan. Deze verantwoordelijkheid is een geschenk. Een voorrecht ook, dat vraagt een dankbaar antwoord. Nog sterker: God zelf roept ons daartoe. 'Echte christelijke politiek wordt gedragen en gestuwd door hemelse roeping', zo zei eens de christen-filosoof prof. dr. S.U. Zuidema.

We maken deel uit van het lichaam van de Nederlandse samenleving. Elk lid daarvan heeft zijn eigen functie. En hoe noemt Jezus de zijnen? Licht in die samenleving! Zout op die bodem! We zijn geroepen op die dag daar iets van te laten merken, in alle bescheidenheid.

Let ook op de naam 'christen': gezalfde. In Gods dienst, om te getuigen van de naam van Christus. Leidend bij de verkiezingen (en in heel ons leven) is wat Paulus tegen de Allerhoogste zei toen Deze hem staande hield: Here, wat wilt U dat ik doen zal?

De overheid bemoeit zich met ons. Zij behartigt op belangrijke levensterreinen onze belangen. Maar daar mogen we ook zelf een stem in hebben om een christelijk geluid te laten horen, waarin de zorg en verantwoordelijkheid voor de (kwetsbare) naaste en de (broze) schepping (Gen. 1,27-28) doorklinkt.

Daarbij zal wie Christus navolgt, niet alleen letten op het politieke programma van de partij waarop hij zijn stem zou willen uitbrengen, maar ook op de handel en wandel van de desbetreffende kandidaten voor de Tweede Kamer. Wat te denken van een kandidaat wiens levenspraktijk wordt gekenmerkt door evidente hoogmoed, flirten met revolutionaire en maatschappij ontwrichtende bewegingen, antisemitisme, verheerlijking van menselijke autonomie, het prijzen van grote leugenaars als Trump, en/of openlijk laatdunkend spreken over kerkgangers? Als een kandidaat in het kleine (van de eigen levenspraktijk) niet getrouw is en niet oprecht zoekt naar de wil van God, hoe zal hij dan in het groot (het beleid voor heel het land) najagen wat tot zegen strekt? Tekenend voor het seculiere denken is dat een overgroot deel van de Tweede Kamer instemde met de afschaffing van de vijf dagen bedenktijd bij een abortus provocatus. En niet alleen over het levensbegin, ook over het levenseinde worden vergaande uitspraken gedaan.

Die politici daarentegen die ernst willen maken met het Woord van God en een positief getuigenis geven van Christus, en daardoor meer dan eens de laster van de wereld over zich krijgen uitgestort, verdienen onze steun. Juist nu! We laten ze toch niet in de kou staan? Ook in het stemhokje moet de navolging van Christus gestalte krijgen!

Daarmee is niet gezegd dat partijen die zich oriënteren aan het woord van God altijd een beleid voorstaan waarmee wij op alle punten volledig kunnen instemmen. Maar als een partij serieus zoekt naar de wil van God (en pijn ervaart als er noodzakelijkerwijs een compromis moet worden gesloten), verdient zij onze steun, méér dan een partij die alleen maar strijdt voor een specifiek groepsbelang, hoe belangrijk ook. Een partij die zich aan het woord van God oriënteert, zal héél het volk (ook groepen minderheden die nauwelijks worden gehoord) op het oog hebben. Het kerngebod van liefde jegens de Here onze God en liefde jegens de naaste mag en móet leidend zijn in heel ons leven. Geroepen tot navolging, óók in het stemhokje.

 

D.J. Steensma, Feanwâlden