In ons dorp staat de Schierstins. Het woord stins is een samentrekking van 'steenhuis'. Dit huis dat als versterkte toren bescherming bood tegen vijanden, is vernoemd naar de monniken van het klooster Claercamp bij Rinsumageest, die schiere (= grijze) pijen droegen. Onder leiding van dit klooster hebben monniken en leken turf gestoken in de wijde omgeving van ons dorp.
Elk dorp en elke stad is getekend door de kerk. De kerkgeschiedenis is in ons land overal zichtbaar en tastbaar. Wie meer over het klooster Claercamp (of: Klaarkamp) wil weten kan terecht in het Handboek Nederlandse kerkgeschiedenis. Daar is onder andere te lezen dat dit klooster vóór 1165 een grote geestelijke, maatschappelijke en ook agrarische en economische betekenis had.
Onlangs is een vijfde herziene druk van dit handboek verschenen. Het is uitgebracht onder redactie van prof. dr. Herman J. Selderhuis, hoogleraar kerkgeschiedenis aan de Theologische Universiteit Apeldoorn.
Verhaal
Dit handboek vertelt het verhaal van de kerk in Nederland. Bij dat verhaal hoort ook de geschiedenis van mensen en groepen die zich naast het hoofdspoor van de gevestigde kerk bewegen. Zo staat – heel opvallend – bijvoorbeeld aan het begin van het hoofdstuk over de twintigste en eenentwintigste eeuw majoor Bosshardt paginagroot afgebeeld. Majoor Bosshardt was vele jaren een bekend gezicht van het Leger des heils (een bewegingen die zich naast de kerk heeft ontwikkeld). Daarnaast geeft het handboek ook aandacht aan belangrijke politieke en maatschappelijke ontwikkelingen.
Het boek is uitgebracht in twee kloeke delen. Het eerste deel bevat vier hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk gaat over de middeleeuwen tot het jaar 1200. Dat hoofdstuk alleen al telt honderdzestig bladzijden. Daarin kunnen we lezen over de eerste christenen in Nederland, de kerstening van het noorden, het bisdom Utrecht vanaf de tijd van Karel de Grote, over kruisvaarders en kloosters, over heiligen en heiligenlevens, over afwijkingen van de kerkleer, en ten slotte over onderwijs en cultuur. Het tweede hoofdstuk vertelt het verhaal van de kerkgeschiedenis van de middeleeuwen na 1200. Dat is dus de periode tot en met de vijftiende eeuw. Daarna volgen hoofdstukken over de zestiende en de zeventiende eeuw. Het tweede kloeke deel van dit handboek bevat drie hoofdstukken: over de achttiende, de negentiende en de twintigste en eenentwintigste eeuw.
Mooi is dat elk hoofdstuk begint met een tijdlijn. De tijdlijn van het eerste hoofdstuk begint bij het jaar 313: einde van de christenvervolging en eindigt bij het jaar 1213: Gouden Bul; keizer geen zeggenschap inzake bisschopsbenoemingen. Aan het einde van de tijdlijn in het laatste hoofdstuk staat bij het jaar 2023: Hereniging van de Nederlands Gereformeerde Kerken en de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) tot de Nederlands Gereformeerde Kerken.
Overzicht
Dit handboek is een beknopte en globale weergave van de Nederlandse kerkgeschiedenis. De auteurs hebben geprobeerd niet alleen maar een opsomming van feiten te geven, maar het verhaal van de kerk in ons land te vertellen. Ze zijn daarin geslaagd. Ze hebben dat geprobeerd dit verhaal te vertellen met een zekere distantie om zo objectief mogelijk te schrijven. Tegelijkertijd merk je ook hun betrokkenheid bij de zaken waarover zij schrijven. Ze schrijven met respect voor personen en posities.
Er is aandacht voor zowel structuren, organisaties en verbanden als voor de mensen die daarin hun plaats hebben gehad, voor zowel geloofsopvattingen als voor de geloofsbeleving van mensen (voor zover daar kennis van bestaat).
Er is veel te vertellen over de kerk in Nederland. Alleen daarom al is het geen verhaal dat je achter elkaar uitleest. Wel is het een boek dat je ter hand neemt om in kort bestek een overzicht te krijgen van een geschiedenisperiode, een thema of een persoon. Wie verder wil lezen kan te rade gaan bij de literatuur die wordt vermeld aan het einde van elk hoofdstuk. De twee delen van dit handboek zijn verlucht met foto’s en afbeeldingen van schilderijen. Veel afbeeldingen en foto’s zijn in kleur. Zo is een bijzonder aantrekkelijke uitgave ontstaan. De beeldredactie is verzorgd door Anton Sinke.
Al met al is dit handboek een indrukwekkende en fraaie uitgave. Het biedt een schat aan informatie. Er wordt ook ruim aandacht gegeven aan wat rondom de kerk gebeurde, in de desbetreffende tijd en cultuur. Daarmee biedt dit boek ook veel informatie over onze Nederlandse cultuur en onze politieke geschiedenis. Cultuur en politiek mogen inderdaad niet ontbreken in het verhaal van de geschiedenis van de kerk.
Les
Helaas wordt geen aandacht gegeven aan een ontdekking van Frank De Roo. Hij heeft namelijk ontdekt dat de naam Thomas a Kempis of Thomas van Kempen onjuist is. In zijn studie over Thomas’ wereldberoemde boekje De imitatie van Christus heeft hij aangetoond dat de naam van de schrijver van dit boekje Thomas Kempis is. Het was mooi geweest als de studie van De Roo die in 2024 is verschenen, meegenomen had kunnen worden in de herziene uitgave van het handboek.
Terecht stelt professor Selderhuis in zijn inleiding dat over de Nederlandse kerkgeschiedenis nog veel meer te zeggen is dan in dit handboek gebeurt. Wat mij betreft zou bijvoorbeeld iets meer over ‘onze’ kerken na 1892 kunnen worden gezegd. (Het jaar 1892 is het beginpunt van ons kerkverband. Toen gingen ‘wij’ niet mee met de Vereniging van de kerken die uit de Afscheiding waren voortgekomen en kerken van de Doleantie). Op zichzelf is dat niet erg. Het is een les in nederigheid. We zijn in het verhaal van de kerk in Nederland slechts een voetnoot. Onze ‘kleinheid’ (en ook kwetsbaarheid) zou ons voorzichtig moeten maken in het oordeel dat we als kerken die behoren tot een en hetzelfde verband over elkaar uitspreken.
De vraag is wie we dienen als we als kerken uit elkaar gaan en een eigen weg inslaan. Juist in het gehele landschap van de kerken en christelijke geloofsbewegingen hebben we elkaar nodig. We zouden een stenen huis (‘stins’) moeten zijn in deze wereld, in plaats van een huis dat in zichzelf verdeeld is. Zo kunnen we vanuit dit huis dienstbaar zijn aan elkaar en aan de samenleving, zoals eens de ‘schiere monniken’. Tot eer van God.
D.J. Steensma, Feanwâlden
N.a.v. Herman J. Selderhuis (red.), Handboek Nederlandse Kerkgeschiedenis, set van twee delen, vijfde herziene druk, KokBoekencentrum: Utrecht, 2025, Hardback, 1206 p., € 79,99, ISBN 978 90 4353 732 2. De andere auteurs naast de redacteur zijn: Frank van der Pol, Peter Nissen, William den Boer, Willem J. van Asselt (†2014), Paul H.A.M. Abels, Aart de Groot, George Harinck en Lodewijk Winkeler. Het handboek bevat een register van persoonsnamen, zaken, beelden en geografische namen.



