Van ziekenbezoek naar samenspreking
In Apeldoorn-Zuid kregen we hele fijne buren. Zij waren gereformeerd-synodaal. Zij hadden gehoord, dat wij met acht kinderen naast hen zouden komen wonen in Villa Jeanette. Mijnheer Boot hield heel veel van een mooie tuin. Hij zag al zestien voetjes zijn tuin vertrappen. Daarom zette hij een ijzeren hek op de scheiding en beplantte de rest met ligusterstekken. Spoedig kwamen ze er achter dat we met drie kinderen waren gearriveerd en toen verdwenen al gauw de aangebrachte afscheidingen. We werden vrienden, vooral onze kinderen. Een nieuw pakje, broek en rokje, moesten mijnheer en mevrouw Boot – zo heetten de buren – direct zien. Ze keuvelden wat af met elkaar.