Het thema van de wraak van God strijkt ons tegen de haren in. De wraak van God - in onze moderne samenleving wordt met dit denkbeeld korte metten gemaakt. Populaire schrijvers als Maarten ’t Hart, Guus Kuijer of Dmitri Verhulst spuwen erop. De wraak van God? Middeleeuws, calvinistisch, bangmakerij, echt iets voor hel-en-verdoemenis predikende dominees.
Aan feministische zijde zal men de gedachte aan een machtige God die Zich wreekt afdoen als een verwerpelijk product van mannelijk, paternalistisch denken. Sommige moderne theologen pleiten voor de ontmilitarisering van het Godsbeeld. ‘In Christus zijn een aantal Godsvoorstellingen definitief achterhaald als inadequaat,’ kun je wel horen. Maar het gaat nog breder, en dieper, ook bij ons kerkmensen ligt dit moeilijk. In de twintigste en eenentwintigste eeuw is ons Godsbeeld langzaam maar zeker van kleur verschoten: milder, zachter, liever. Met een vol accent op Gods liefde en vergeving, terwijl woorden als toorn, wraak, gericht steeds problematischer worden gevonden. God is toch liefde, en bij Hem mag je toch zijn wie je bent, de God die je troost en uitzicht geeft? Daar lijkt maar heel moeilijk bij te passen een psalm als Psalm 94:1 ‘O God der wraken, o HEERE, God der wraken! Verschijn blinkende’ (oude berijming).