De eerdergenoemde studie Rijk en arm in crises wil meer bieden dan uitleg van de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus uit Lucas 16. Het gaat niet alleen om de betekenis in de tijd dat Jezus deze parabel uitsprak. Al vormt de oorspronkelijke brontekst het hart van het boek.

 

De belangrijkste elementen uit Lucas 16 hebben de eeuwen door geklonken tegen een bepaalde religieuze en maatschappelijke achtergrond. De huidige studie besteedt, na de uitleg van Lucas 16 als brontekst, dan ook allereerst veel aandacht aan het verstaan van dit Bijbelgedeelte in de Noordelijke Nederlanden globaal vanaf 1500 tot 1700 binnen die context daar en toen. Om het verstaan van de gelijkenis in die tijd op het spoor te komen zijn de belangrijkste motieven in toneelspelen, preken en traktaten blootgelegd. Zo komen er naast toneelspelen van o.a. Dirk Volkertszn. Coornhert en Samuël Coster ook twaalf preken van Smytegelt over Lucas 16 aan de orde.

 

We zitten coronagewijs online tegenover elkaar. Dat is uiteraard het gemakkelijkst als de een nog in Gorinchem woont en de ander in Leeuwarden. Helemaal onbekend is ds. Jelle Nutma niet. Een kleine vijftien jaar geleden was hij de predikant van Surhuisterveen. Regelmatig was hij te beluisteren op de verschillende kansels in het Noorden. Zondag 14 maart is de dag waarop de gemeente van Drachten in hem een nieuwe predikant ontvangt. Een (hernieuwde) kennismaking.

 

 

Ds. Nutma (1967) vertelt dat hij is opgegroeid in Friesland.

'Na de middelbare school in Dokkum ging ik in 1985 theologie studeren aan de Theologische Hogeschool (nu: Universiteit) in Apeldoorn. In 1993 ben ik als predikant bevestigd in de gemeente IJmuiden, en in 1998 in Surhuisterveen. Vanuit Surhuisterveen ben ik beroepen naar een van de drie gemeentes in Apeldoorn. Daar was ik betrokken bij de ontwikkeling van een ICF Apeldoorn, een internationale kerk voor alle culturen. Een prachtig initiatief dat door heel veel enthousiaste mensen in Apeldoorn wordt gedragen. Sinds 2014 ben ik predikant in Gorinchem.'

 

Veel spreekwoorden en gezegden die wij in onze taal gebruiken, vinden hun oorsprong in de Bijbel. In deze rubriek proberen we van een aantal daarvan de herkomst te achterhalen.

Mosterd of wijn?

De uitdrukking ‘weten waar Abraham de mosterd haalt’ betekent dat je goed op de hoogte bent en weet hoe iets in elkaar zit. Het is volgens de meeste verklaarders een uitdrukking uit de Bijbel en verwijst naar Abraham die zijn zoon Izaäk moest offeren (Gen.22,6). Abraham nam daarom geen dier mee, maar verzamelde takken om een houtstapel (‘mutsaard’) mee te maken, waarop hij zijn zoon zou slachten. Vlak voordat hij zijn zoon wilde doden met een mes, riep een engel van God dat hij zijn zoon niet moest doden. ‘Mutsaard’ betekent takkenbos, houtstapel of brandstapel en is later verbasterd tot mosterd, aldus deze uitleggers.

God heeft met Abraham en zijn nageslacht een verbond gesloten en in Christus vernieuwd. De Heilige Geest werkt in mensen het antwoord van het geloof. Zo ontstaat een verbondsrelatie. Maar een relatie moet wel onderhouden worden.

 

God is zo goed dat Hij niet alleen van Zijn kant in het verbond een band met ons zoekt, en door Woord en Geest die band aangaat, maar nu vervolgens die ook onderhoudt. Daartoe dient de prediking van het evangelie en de bediening van het heilig avondmaal.

 

Wanneer de christelijke gemeente samenkomt, worden woorden gesproken en gezongen. De eredienst is een taalgebeurtenis. Dat geldt vooral voor een eredienst van gereformeerde signatuur. Aanleiding genoeg om er eens nader naar te kijken.

 

De taal in de eredienst komt uit verschillende hoeken en gaat verschillende richtingen uit. In de schriftlezing horen we de stem van de Heer. Uitleg en verkondiging sluiten zich daarbij aan. De gesproken woorden (door de lector of de voorganger) richten zich tot de gemeente. In de gebeden zijn de woorden gericht tot God.

Daarnaast klinken er woorden van de gemeenteleden tot elkaar. Deze kunnen tegelijk ook gericht zijn tot God. Wisselzang bijvoorbeeld, als lofprijzing voor de Heer én opwekkende bemoediging van elkaar.

Nu is een kerkdienst een publieke aangelegenheid. Naast de leden van de gemeente kunnen er ook gasten zijn die voor het eerst een eredienst meemaken of na jaren weer eens een kerkdienst bijwonen. Al die verschillende zenders en ontvangers brengen ook verschillende taalvelden met zich mee.

Twee van de hierboven genoemde aspecten wil ik hier wat nader onder de loep nemen. Allereerst de taalgerichtheid op aanwezige gasten. Vervolgens iets over het verschil in taal dat optreedt wanneer het adres  tot wie men spreekt verandert.

 

Commentaar

  • Storm in de CGK 2025-07-04 17:44:42

    De afgelopen jaren en zeker de afgelopen maanden en weken zijn voor onze Christelijke...

  • Hellend vlak 2025-06-21 09:25:10

    Net als veel anderen denk ik met weemoed terug aan vroegere tijden. Binnenkort word ik...

  • Zien en zijn 2025-06-07 08:46:46

    Ik worstel ermee. Onlangs hoorde ik twee uitdrukkingen die me sindsdien bezighouden. Het ging over...

  • Eeuwig dankbaar 2025-05-24 07:16:04

    Doetinchem heeft zich mooi op de kaart gezet. Dit jaar vierde koning Willem-Alexander zijn...