24
De man van zeer grote lengte met zes vingers aan iedere hand en zes tenen aan ieder voet, 24 bij elkaar, één van de zonen van Rafa (2 Samuël 21:20). Van sommige mensen vraag ik me af, waarom ze in de bijbel staan. Deze man is er één van. Hoort hij in het rariteitenkabinet van de Schepper? Is hij een speling van de natuur? Is hij de zonderling, die ons allemaal “normaal” laat zijn? Op de één of andere manier komt er een gevoel van meelij in mij naar boven. Alsof ik hem voor me zie staan. Een soort oger, die aan intelligentie mist, wat hij aan lichaamsbouw teveel heeft. Onzin natuurlijk, maar het gevoel bekruipt me. Zo'n soort gevoel, dat ieder die lichamelijk ‘anders’ is ook wel mentaal ‘achterlijk’ zal zijn.