{mosimage}Op 20 april 2011 promoveerde ds. Arnold Huijgen, predikant van
Genemuiden, aan de Theologische Universiteit te Apeldoorn op een
proefschrift over de aanpassing van God aan het bevattingsvermogen van
de mensen, zoals Calvijn daarover schreef. Het is een knappe studie
geworden, die duidelijk maakt dat theologiebeoefening een spannende
bezigheid is, als zij niet om de werkelijke vragen heenloopt.
Steeds weer kreeg Calvijn als serieuze bijbelonderzoeker te maken met de
vraag of allerlei omschrijvingen van God en zijn daden wel passend
waren als typeringen van wie Hij is en wat Hij doet. Wie enigszins met
de Bijbel vertrouwd is geraakt, herkent die vragen wel.
Van de Here God wordt gezegd dat Hij wandelde in de hof (Genesis 3), en
dat Hij neerdaalde op de aarde om in ogenschouw te nemen waar de mensen
in Babel mee bezig waren (Genesis 11). Mozes komt bij een brandende
braamstruik die niet verteert en ontdekt dat de Here zelf daarin aan hem
verschijnt. Verder lezen we meerdere malen dat Hij met zijn
heerlijkheid neerdaalde in de tabernakel en later de tempel, en ook dat
Hij met zijn heerlijkheid de tempel verliet (Ezechiël 10). De Psalmen
zingen van de Here dat Hij in Jeruzalem woont. Maar hoe kan van Hem
gezegd worden dat Hij op een bepaalde plaats woont, of dat Hij van de
ene plaats naar de andere beweegt? God is toch overal!
Lees meer: God past zich aan de mensen aan
{mosimage}Vandaag, vrijdag 1 juli 2011 zal drs.
A.J.T. Ruis worden bevestigd als de nieuwe predikant van Damwoude. Om
hem en zijn gezin wat beter te leren kennen werden hem door de redactie
een aantal vragen voorgelegd.
Kunt u iets vertellen over uw leef-, woon-, gezins-, studiesituatie?
Ik ben geboren in 1978 en afkomstig uit Sliedrecht. Tijdens en na mijn
doctoraalstudie theologie aan de Universiteit Utrecht heb ik – in totaal
vijftien jaar – met vreugde gewerkt als docent in het voortgezet
onderwijs. De laatste twaalf jaar gaf ik les in de vakken Godsdienst,
Latijn en Grieks. Mijn vrouw (30) en ik hebben vier kinderen van de
Heere ontvangen: Rosalyn (10), Bernard (8), Florens (6) en Maurits
(1,5). In 2007 ben ik toegelaten tot de studie voor predikant aan de
Theologische Universiteit Apeldoorn en in februari van dit jaar mocht ik
deze studie afronden.
Waarom bent u eigenlijk predikant geworden?
Kort gezegd: Omdat de Heere daartoe geroepen heeft. Zonder die roeping
kan het niet. Met die roeping blijft er ten diepste geen andere weg
over. Daar zorgt de Heere Zelf voor.
Lees meer: Drs. A.J.T. Ruis wordt de nieuwe predikant van Damwoude
{mosimage}Toen ik in februari 2011 in Drachten begon met de behandeling van mijn
onderwerp ‘Apocalyptische Bijbelgedeelten’, waren cursusleider en
cursisten samen overtuigd van de actualiteit van het onderwerp. Het was
immers de tijd van de aardbeving in Japan, gevolgd door de tsunami en
dreigende berichten over getroffen kerncentrales. De beelden van
verwoesting en dood brandden op ons netvlies. Daarbij kwamen de
berichten en beelden uit Tunesië en Egypte en de verhalen over
toenemende onrust in andere landen van het Midden-Oosten – inderdaad:
rondom Israël! Apocalyptische romans als van Tim Lahaye en Randy Alcorn
gingen in Amerika ineens weer als zoete broodjes over de toonbank. Zowel
de Duitse premier Angela Merkel als onze eigen premier spraken over
apocalyptische beelden en gebeurtenissen. Kortom, er was volop aandacht
voor het onderwerp.
Met de aanduiding ’apocalyptische Bijbelgedeelten’ bedoelen we gedeelten
uit Gods Woord die ons (bepaalde facetten van) de toekomst onthullen.
De meesten van u zullen dan onmiddellijk denken aan het laatste
Bijbelboek, dat in het Grieks de naam ‘Apocalyps’ draagt: de Openbaring
van Johannes. Maar we kunnen ook aan andere Bijbelgedeelten denken,
zoals de boeken van Daniel, Ezechiël en Zacharia in het Oude Testament.
Voor mijn onderwerp had ik gekozen voor wat de Bijbel zegt over de dagen
van Noach en Algemene Zendbrieven van Jakobus, Petrus, Johannes en
Judas. Daarnaast hebben we geluisterd naar het onderwijs over de laatste
dagen van de Heere Jezus Zelf, zoals we dat vinden in de Evangeliën.
Lees meer: Apocalyptische Bijbelgedeelten
{mosimage}Toen Ad de Bruijne hoogleraar werd aan de Theologische Universiteit van
de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) vroeg hij aandacht voor de nauwe
band tussen geloofsgevoel en leven naar de wil van God. Hij vindt dat we
meer nadruk moeten leggen op een leven dat past bij de heerlijkheid van
God dan op gehoorzaamheid aan geboden. Toch kan ook dat laatste niet
worden gemist.
De vreze des Heren is een kinderlijk ontzag voor God. Vandaag spreken we
minder over deze vrees dan onze voorouders deden. Wij gebruiken vaak
andere woorden en spreken liever over liefde en ontzag. Maar welke
woorden we ook gebruiken, de vreze des Heren is de grondhouding voor een
christen. Wie deze vrees in zijn hart draagt, is een kind van God. Wie
deze vrees niet kent, is geen kind van God.
De Here zelf legt dit ontzag en deze liefde in het hart van zijn
kinderen. Hij wekt in hen het innige allesbepalende gevoel dat Hij nabij
is. De vreze des Heren leidt tot vertrouwen op God en gehoorzaamheid
aan zijn woord. Wie de Here vreest, heeft zich aan Hem overgegeven. Hij
is gespitst op wat Hij zegt. Die luisterhouding is bij al Gods kinderen
aanwezig omdat Hij hen in het hart raakt. Zijn spreken is een krachtig
spreken. Dat wordt door de zijnen gevoeld.
Lees meer: Geloof, gevoel en het doen van de wil van God
De kerk ligt onder vuur en niet alleen de kerk. Ook andere
geloofsstromingen als de Joodse en de Islam. Men protesteert tegen
Wilders en zijn grove beledigingen aan het adres van Moslims.
Ondertussen doen andere politici hetzelfde, zonder dat kennelijk zelf
op te merken. Kritiek kan er zijn. Zeker als er misstanden zijn. Terecht
dat misstanden in de RK aan de kaak worden gesteld. Opmerkelijk is dan
wel dat de indruk wordt gewekt dat heel de RK en alle kerkdienaren zich
schuldig gemaakt hebben aan seksueel misbruik of daarvan hebben geweten
en het met de mantel der liefde hebben bedekt. Zo wordt de kerk
gecriminaliseerd. Alsof alle gelovigen boeven zijn. Met de discussie
over onverdoofd slachten komen de Joodse en Islamitische gelovigen in de
verdachtenbank te staan als dierenbeulen. Met grote stelligheid wordt
beweerd dat wetenschappelijk is bewezen dat onverdoofd slachten meer
stress en pijn oplevert dan verdoofd slachten.
Lees meer: Zijn gelovigen boeven?