De spreker op de mannendag zei dat sommige christenen beweren dat
Handelingen 29 niet bestaat. Dat zij dus eigenlijk beweren dat het
spreken van Gods Geest in Handelingen 28 tot een afronding kwam. Hij was
het daarmee niet eens. Want als we zo met de Bijbel omgaan, zouden we
vergeten dat God veel groter is dan de Bijbel. En ook dat God na
Handelingen 28 nog volop tot ons spreekt.
Het is al even geleden dat ik op die bewuste mannendag aanwezig was,
maar ik herinner me dat ik toen dacht: ik behoor tot hen die niet
geloven dat Handelingen 29 bestaat. Maar geloof ik daarmee niet dat God
groter is dan de Bijbel? Zeker wel. Maar de Bijbel is wel Gods eigen
spreken tot ons. Daarin openbaart Hij zich. In de Nederlandse
Geloofsbelijdenis (artikel 3-7) belijden we dat de ?Heilige Schrift de
wil van God volkomen bevat en dat al wat de mens heeft te geloven om
behouden te worden, daarin voldoende geleerd wordt?. Met een verwijzing
naar Deuteronomium 12:32 en Galaten 1:8 benadrukt artikel 7 dat we van
Gods Woord niets mogen afdoen en er ook niets aan mogen toevoegen. Er is
dus inderdaad geen Handelingen 29. De Bijbel is het ge?nspireerde Woord
van God en heeft geen aanvulling nodig.
Nieuwe tijden
Toch spreekt God vandaag ook. Het werk van de Heilige Geest, zoals de
Here Jezus dat beloofde, gaat overduidelijk door tot aan eind van de
tijden. Maar hoe spreekt Hij dan? Schrijft de Heilige Geest vandaag dan
toch nog aan Handelingen 29?
Lees meer: Dat is toch echt van God!? (1)
Op 21 juni is het 25 jaar geleden dat drs. J. van ?t Spijker als
predikant werd bevestigd te Nieuw-Amsterdam. Daarna was hij predikant te
Zwijndrecht. Vanaf 1 januari 1997 werkte hij als zendeling in
Mozambique. Vanaf 10 juli 2005 is hij predikant te Hoogeveen.
Op verzoek van de redactie vertelt hij over zijn werk, maar zegt hij:
Ze hadden het aan Fennie moeten vragen ?
Ja, dat vind ik echt! Als er ??n is die mij kent, en die weet hoe ik in
elkaar zit en wat mijn zwakke kanten zijn en die toch altijd weer ?! Ze
hadden het aan Fennie moeten vragen, omdat zij nu al bijna dertig jaar
naast en achter mij staat. Zij is er, als ik thuis kom van een lange
vergadering. Zij is er als mijn studeerkamer weer eens een bende is, en
ik er geen gat in zie de dingen op te ruimen. Zij is er als het werk dat
ik in Hoogeveen en in Apeldoorn doe soms echt met elkaar strijdt om de
voorrang en er daarom iemand nodig is die stressbestendig ?
Daarom: niet ik zou in de spotlight moeten staan ?
Lees meer: Spotlight
Dirk Molenaar is van beroep organist. Ook is hij redacteur van ?De
Orgelvriend?. In dit blad voor orgelliefhebbers schrijft hij regelmatig
een verhaal of column. Met zijn toestemming is onderstaand verhaal
overgenomen uit dit blad. In de toekomst zullen er nog enkele volgen.
Af en toe gebeurt het.
De ene keer is het opvallender dan de andere.
Of is het misschien zo dat het je in de ene dienst meer stoort dan in
een andere?
Soms is het de dienstdoende ouderling, of diaken. Dan gebeurt het maar
een enkele keer.
Het je er aan storen als dienstdoend organist kan echter vaker gebeuren
als het manco bij de predik?nt ligt, want dan gaat dat de h?le dienst
door: het onmiddellijk iets zeggen als je je handen en voeten nog geen
seconde geleden van de toetsen hebt gehaald. Heb je bijvoorbeeld een
mooi ingetogen of juist majestueus naspel gedaan, als een soort
uitroepteken van de laatste regels van het gezongen lied, dan ?knalt?
daar meteen achteraan ?Laten wij nu ??, of ?Zullen wij ??, enzovoort.
Het lijkt dan wel of alle overgangen van de liturgische delen door
stemgeluid aan elkaar moeten worden geplakt! Of zou zo?n voorganger bang
zijn dat de thuisblijvers aan de kerktelefoon misschien meteen zullen
denken dat ze niet meer on-line met hun godshuis verbonden zijn?
Lees meer: Overtredingen tijdens een kerkdienst
Het is nu weer een paar weken geleden dat we Pinksteren hebben gevierd,
dat de Heilige Geest kwam en de discipelen de opdracht kregen om de
wereld in te trekken om het Evangelie te verkondigen. Ze moesten het
nieuws van de redding door de Here Jezus en Zijn opstanding aan iedereen
gaan vertellen en de mensen die geloofden dan dopen.
In het begin gingen de discipelen nog niet echt de wereld in. Ze bleven
een beetje in en rond Jeruzalem, ze deden daar wonderen en ze vertelden
daar wel over Jezus. Maar het was juist de bedoeling dat ze de wereld in
zouden gaan. Toen er vervolging kwam en ze werden weggejaagd, gingen ze
ook echt de wereld in. Alle apostelen gingen ergens anders heen.
Sommigen samen, anderen hadden een andere helper gevonden. Ze gingen
alle kanten op vanuit het land Israel.
Een bekende apostel is Paulus. Hij kwam pas later tot geloof. Paulus
heeft veel in Turkije en Griekenland rond gereisd om daar over Jezus te
vertellen. Hij stichtte daar allemaal gemeenten en hij reisde tussen die
gemeenten heen en weer. Hij onderwees de mensen in die nieuwe gemeenten
en vertelden hen hoe ze bepaalde dingen moesten doen. Hij schreef ook
heel veel brieven naar de gemeenten om ze te bemoedigen of soms ook
terecht te wijzen. Deze brieven zijn ook nu nog belangrijk voor ons
omdat hij daar heel veel dingen over het geloof uitlegt. Een aantal van
die mensen die tot geloof komen gingen ook weer het evangelie
verkondigen, ze trekken met Paulus mee of gaan in hun eigen gemeente aan
het werk.
Lees meer: Met Gods woord de wereld in
De Amerikaanse schrijfster en christin Jeanette Howard bespreekt in alle
openheid de spanning tussen haar geloofsovertuiging en haar gevoelens.
Er was en is voor haar een weg te gaan. Een weg tussen de mensen, tussen
christenen. Een weg met God. Dat laatste is voor haar het vertrekpunt
en criterium.
De omslag suggereert dat haar weg is door de woestijn. Maar wel een weg
naar het Beloofde Land, dat is uitkomen op die plek die God voor jou
heeft bedoeld. Die plek is niet onbekommerd. Net zoals de Hebree?n in
het Beloofde Land niet achterover konden leunen, zo ook kan zij, wanneer
ze alles een plaats gegeven heeft, niet achterover leunen. Het is
voortdurend leven door het geloof, wat zo prachtig uitgediept en
uitgebeeld wordt in de brief aan de Hebree?n. Centraal in haar betoog
staat de overtuiging: ?Onze beloning voor een getrouwe wandel met God,
waarbij we niet toegeven aan homoseksuele relaties, is niet per se een
huwelijk en kinderen, heteroseksualiteit of zelfs een geweldige
bediening, hoewel deze dingen wel mogelijk zijn. Onze beloning is dat we
rusten in Gods volmaakte plan voor ons leven.? Pag. 11.
Lees meer: Leunend op mijn Geliefde