ImageEen van de rituelen rondom de paasdagen is het bouwen van een ?poasbulte?. Ds. H. Jonkman vertelt hoe hij hier vroeger van kon genieten en over de oorsprong van dit gebeuren.

Als jongen heb ik er altijd van genoten om een aantal weken voor Pasen met een groep jongelui uit de buurt een ?paosbulte? te bouwen. Het was altijd op dezelfde plaats in een vrije ruimte in een wildgebied op Alteveer bij Hoogeveen. De boeren bewaarden snoeihout en afvalhout, kranten en zakken van papier (waarin voedsel voor het vee gezeten had) en soms ook wel autobanden voor dit feestelijk gebeuren. Dat alles werd op zaterdagen bij elkaar gehaald met een paardenwagen, zonder paard; alles werd met menskracht gedaan en wat hadden we er een plezier in om elk jaar de ?paosbulte? nog weer groter te krijgen dan het vorige jaar. Soms moest je zelfs de laatste dagen wacht houden bij de bult, zodat het niet werd aangestoken door andere jongelui. En als het op tweede paasdag donker begon te worden, dan gingen we met zijn allen - ouders en kinderen - naar de ?paosbulte?. Als ongeveer iedereen aanwezig was, werd de ?paosbulte? door ouderen aangestoken en zij hielden alles in de gaten. Een paar opgeschoten jongelui probeerden zo lang mogelijk boven op de bult te blijven zitten, totdat het hun te heet werd onder hun gat. Als jongen genoot ik van dit feest. Je dacht niet na over het ontstaan van dit ? van oorsprong ? heidens feest en je dacht ook niet na over milieuvervuiling.

Image
In het begin heerste de duisternis
Gods Woord klonk
er zij licht
en er was licht.

De nacht heerst over de duisternis
de dag is vol licht,
oneindig, zon, maan en sterren
als een volmaakt geschenk
van boven
van de Vader van de hemellichten.

Egypte
drie lange dagen duisternis
voor straf.

Golgotha
drie lange uren duisternis
vol strijd.

ImageHet vorige artikel in de reeks over landbouwwetenschappen ging over ondernemerschap. Daarin stond de publicatie van het Landbouw Economisch Instituut ?de kunst van het zien en het realiseren? centraal. In dit artikel wil ik op het aspect van zien en waarnemen nog wat dieper ingaan.

In het agrarisch onderwijs en in het landbouwkundig onderzoek kennen we waarnemen niet als een apart vakgebied. Maar als je met mensen uit het bedrijfsleven praat over wat studenten goed moeten kunnen, dan wordt dat woord waarnemen vaak genoemd. Studenten in het agrarisch onderwijs moeten goed leren waarnemen. Dat geldt op verschillende vakgebieden. Bij bodemkunde moeten studenten leren om goed naar de bodem te kijken. Hoe diep wortelt het gewas in deze grond, zie ik gangen van regenwormen of zie ik verdichte lagen in het bodemprofiel.
Bij veel andere opleidingen moeten studenten leren om goed om zich heen te kijken; wat gebeurt er in dit bedrijf, hoe ziet de omgeving van dit bedrijf eruit, hoe vinden ontwikkelingen plaats en waarom voert een bedrijf bepaalde veranderingen door.
Het gaat er in het agrarisch onderwijs dus om dat je studenten leert waarnemen, om op basis daarvan inzicht te verwerven. Studenten moeten deze competentie (zo noemen we dat in het onderwijs) op meerdere plaatsen kunnen oefenen en toepassen. Bijvoorbeeld in een bedrijf waar ze stage lopen, maar ook in de omgeving van dat bedrijf. Of nog groter, in de hele samenleving, nationaal en internationaal.
Hoewel ik in mijn diensttijd ben opgeleid als waarnemer bij de artillerie, vind ik het moeilijk om studenten te leren waarnemen. Want heel vaak geldt letterlijk ?ik zie, ik zie, wat jij niet ziet?. De uitdaging van het (agrarisch) onderwijs is om het de ander ook te leren zien.

ImageTwaalf leden van de Christelijke Gereformeerde Kerk in Hoogeveen hopen op 15 april 2010 te vertrekken naar Mocuba in Mozambique. Eigenlijk waren ze liever gisteren al vertrokken. Maar ja, een verre reis zonder voorbereidingen, dat kun je wel vergeten.
Dus zijn ze de afgelopen maanden regelmatig een avond bij elkaar geweest. Om elkaar te leren kennen. Om Mozambique te leren kennen: het land, de geschiedenis, de cultuur, de gewoonten. Want straks zijn ze te gast. En willen ze zich gedragen als gast.
Maar wat gaan ze daar eigenlijk doen?
Wat zoeken ze in Mozambique?

Pieter Feijer is hoofdleider en gaat voor de tweede keer de lange reis maken. Brenda Benjamins is verantwoordelijk voor de gezondheid van de groep en gaat voor de eerste keer mee.  Samen vertellen ze hun verhaal.

Banden aanhalen
Pieter: Al een aantal jaren geeft onze CGK, samen met andere CGK-kerken in de classis, de bijbelschool in Mocuba financi?le steun. Nou raak je door geld geven niet meteen het meest betrokken. Enkele jaren geleden veranderde dat. Onze eigen dominee Jan van ?t Spijker heeft een aantal jaren leiding gegeven aan die bijbelschool. Toen hij in Hoogeveen kwam werken, werden de verhalen natuurlijk levende verhalen.
Brenda: Tegelijk was er eind 2005 een groep mensen in onze gemeente die graag vanuit de gemeente een project wilde organiseren om praktische hulp te bieden. Daar was toen ook ene Pieter bij betrokken?Van het ??n kwam het ander en zo zijn er in september 2007 twintig leden van onze gemeente naar Mocuba geweest.
Pieter: De financi?le banden zijn toen persoonlijke banden geworden. Die willen we nu graag aanhalen! We vinden juist de duurzame relatie erg belangrijk.

ImageDe tien geboden worden in veel reformatorische kerken wekelijks gelezen. Deze indrukwekkende tekst verbindt ons christenen met de geschiedenis van Isra?l. In een vorig artikel zagen we echter dat het conflict tussen kerk en Isra?l zowel het gebruik als de interpretatie van de tien geboden be?nvloedde. Sinds de eerste eeuwen wordt Exodus 20 niet meer in de synagoge gelezen. Bestudeerd wordt de tekst wel degelijk. De joodse benadering van deze overbekende tekst kan ons misschien helpen er opnieuw door te worden aangesproken.
 
Calvijn noemde de wet niet alleen een spiegel waarin we onze zonden zien, maar ook een ?regel der dankbaarheid.? In een gemiddelde reformatorische kerkdienst zien we daar maar weinig van terug. Door de vaste volgorde van lezing van de wet ? schuldbelijdenis ? genadeverkondiging wordt immers vooral de eerste functie van de wet een plaats gegeven. Het is maar de vraag of zo?n vaste combinatie met bekende teksten en woorden wel de bedoelde uitwerking heeft. Klinkt het ons niet te vertrouwd in de oren om nog iets bij ons op te roepen? Is het niet beter naar alternatieve Bijbelteksten te zoeken die ons nog kunnen verrassen, zoals Leviticus 19?
Opvallend genoeg speelt deze kwestie in de synagoge slechts ten dele. De joodse traditie ziet de Tora als iets dat veel meer is dan een opsomming van wetten. De concrete geboden en verboden zijn onderdeel van Gods verbond en vormen richtingwijzers om het leven te heiligen. Om die reden is de Tora een uiting van Gods genade en liefde en wordt deze bejubeld en geprezen. Vooral tijdens synagogediensten is dat te zien: de Torarol wordt als een koningin tussen de aanwezigen gedragen en bezongen als boom des levens. Dat neemt natuurlijk niet weg, dat ook hier steeds opnieuw dezelfde, overbekende teksten worden geciteerd. Hoe gaat de synagoge daarmee om? Het antwoord is eenvoudig maar veeleisend: wie God aanspreekt moet zich concentreren. Het middel om (te) vertrouwde teksten tot leven te brengen is gezamenlijke studie.

Commentaar

  • Zingen in de eredienst (2) 2024-07-25 18:25:50

    Vorig jaar schreef ik over het zingen van psalmen en liederen in de eredienst. Iemand sprak me...

  • Verslavingen 2024-07-12 17:57:04

    Ruim een op de vijftien jongeren gokt weleens online, zo blijkt uit een onderzoek van het...

  • All Nations 2024-06-28 17:42:30

    Vorige week was ik met een groep studenten van de Theologische Universiteit Apeldoorn bij All...

  • Op weg naar de GS 2024-06-15 10:09:55

    Als dit kerkblad verschenen is, is het bijna zover dat de Generale Synode bijeen komt in...