Een week lang geen tv kijken? Af en toe geen vlees eten? Je onthouden van alcoholische dranken?  Een sobere levensstijl zodat je met het geld dat je bespaart zending en hulpverlening kunt steunen? Doet wie vast beter dan wie dat niet doet? Zouden we ons sterk moeten maken voor een herwaardering van een oud gebruik?

Dr. A. A. Teeuw, theoloog en verpleeghuisarts, heeft aan dergelijke vragen een boekje gewijd. Hij schrijft daarin over de bijbelse gegevens met betrekking tot vasten, hoe in de geschiedenis daarover is gesproken en hoe wij daarover zouden moeten denken.

 

Kinderen worden geboren. Ouders voeden ze – als het goed is – op met het oog op volwassenheid van die kinderen. Jarenlang voeren ze de ‘regie’ over het leven van hun nageslacht en dan breekt geleidelijk of vrij abrupt het moment aan dat ze het ouderlijk huis verlaten. Ze gaan op kamers, gaan samenwonen of trouwen, gaan op zichzelf wonen. Een hele stap voor het kind en ook voor de ouders.

Soms ga je over zaken pas nadenken als die je overkomen. Natuurlijk weet ik dat kinderen op enig moment – min of meer – op eigen benen gaan staan. Maar weten is wat anders dan meemaken dat jouw eigen kind die stap maakt. In september 2010 ging onze oudste in Delft werktuigbouwkunde studeren. De afstand Groningen-Delft bedraagt ruim 235 km. Heen en weer reizen is dan teveel gevraagd. En daarom diende zoonlief op kamers te gaan wonen. Eerst op een tijdelijk adres en vanaf februari 2011 kon hij op een ander adres een ‘definitieve’ kamer inrichten.

Begin februari hopen 40 studenten van de Theologische Universiteit Apeldoorn, waaronder ikzelf, een studiereis te maken naar Israël. Daar zullen wij als studenten met eigen ogen zien, wat we al die tijd in de boeken aan het bestuderen zijn.

Van 6 tot en met 16 februari zullen wij met 40 man afreizen naar Het Beloofde Land. Een schitterende mogelijkheid om te zien waar de Bijbelverhalen zich afspelen, te zien waar Gods Woord de wereld is ingegaan. Wij als studenten bestuderen de Bijbel veelvuldig en intensief. Je leest over Abraham in de woestijn, het volk Israël dat de Jordaan doortrekt, over de pracht van de stad Jeruzalem, over de dieren in het veld. Allerlei gevoelens die daarbij horen. Wij lezen dat, maar woorden zijn alleen maar een omschrijving van een gevoel. Ze benaderen het gevoel, maar zijn het niet. Om meer te begrijpen van wat men destijds ervoer, moet je er naar toe. Daarom is het bijzonder dat de universiteit ons deze mogelijkheid biedt!

'We komen u een bloemetje brengen namens de kerk.' Het is zondagmiddag en één van de dames die de 'buurtbloemen' wegbrengt staat voor de deur bij een oudere buurtgenote.

Zo gaat het sinds bijna een jaar iedere zondag. In de kerk staan nu twee bossen bloemen. Een

bos bloemen gaat zoals we dat gewend waren naar iemand uit de gemeenschap van de kerk. De andere bos gaat naar iemand die woont in de buurt van de kerk en wordt bezorgd door een van de dames die de buurtbloemetjes rondbrengen en die bij voorkeur ook in de buurt (Delfzijl Noord) woont. De gedachte daarachter is dat na zo'n eerste contact je elkaar op straat of in de winkel ook weer tegen kunt komen en je dan ook nog even kunt informeren hoe het gaat met die ander.

Dick Swaab is een hersenonderzoeker met internationale faam. In 1985 richtte hij de hersenbank op en was dertig jaar lang directeur van het Nederlands Instituut voor Hersenonderzoek. Zijn boek over de werking van onze hersenen is een bestseller. Begrijpelijk, want het is goed leesbaar, heel interessant, verluchtigd met anekdotes en aansprekende en soms ook aangrijpende verhalen.

Commentaar

  • Dirk de Groot 2024-10-25 17:15:47

    Woensdag 6 november aanstaande is het, D.V., dankdag voor het gewas en de arbeid: we brengen onze...

  • Israëlzondag 2024-10-11 17:20:39

    Afgelopen zondag is in veel kerken aandacht besteed aan de bijzondere band van ons als...

  • Ver van ons bed 2024-09-27 17:32:11

    Een korte zoektocht op het internet leert me dat er ooit een programma op de televisie was, dat de...

  • Laatste en eerste 2024-09-14 09:19:44

    Dit is mijn zesenveertigste en laatste commentaar voor dit mooie Kerkblad voor het Noorden. Na...